20 Transporttermen die u moet kennen

In de wereld van transport komen vaak termen en afkortingen bij die belangrijk zijn, maar waarvan niet iedereen precies weet wat het is. Wanneer u gebruik maakt van transportservices, dan is het goed mogelijk dat u wel eens te maken krijgt met termen waar u niet eerder van gehoord heeft. Van de Scheur Logistiek deelt daarom graag 20 transporttermen met uitleg, zodat u meer inzicht krijgt in de transportwereld.

1. ADR

Het komt voor dat er op een document staat aangegeven dat een lading bestaat uit ADR goederen. ADR staat in dit geval voor ‘Accord européen relatif au transport international des marchandises Dangereuses par Route‘. Het is een Franse term, waarmee wordt aangegeven dat het gaat om ‘gevaarlijke stoffen’.

2. AWB

AWB is de afkorting van Air Way Bill, de Engelse term die aangeeft dat het gaat om luchttransport. Wanneer een lading per vliegtuig van A naar B wordt vervoerd, dan moeten de vervoerder en de verzender met elkaar overeenkomen waar de lading naartoe gaat en wat de exacte inhoud van de lading is. Hier is de AWB het bewijs van.

3. E-CMR

E-CMR is de benaming voor de digitale vrachtbrief. Deze vrachtbrief gaat de gehele keten door en is digitaal te volgen voor alle betrokken partijen. De eindklant krijgt deze e-cmr in zijn mailbox net als de verlader en vervoerder.

4. Bill of Lading

Bill of Lading kan ook worden aangegeven als B/L. Daarnaast wordt ook de term cognossement gebruikt. In dit geval gaat het om een document dat een rol speelt bij het vervoeren van ladingen per boot of schip.

5. Boekingsbevestiging

Een transport wordt altijd bevestigd, zodat duidelijk is dat een lading is ontvangen in de juiste conditie. Het is een bewijs dat er aan het transport wordt gewerkt en dat het wordt afgehandeld. De bevestiging die hiervoor wordt aangeboden wordt ook wel de boekingsbevestiging genoemd, dus het bewijs dat het transport geregeld wordt.

6. Brutogewicht

Het brutogewicht van een lading kan ook worden aangegeven als gross weight, en hierdoor ontstaat er soms wat verwarring. In beide gevallen gaat het om het brutogewicht van het totaal, dus om de lading zelf, maar bijvoorbeeld ook het verpakkingsmateriaal en eventueel transportmateriaal, zoals pallets.

7. CAF

CAF is de afkorting van Currency Adjustment Factor en heeft betrekking op de toeslag die bedoeld is voor het compenseren van wisselkoersen die fluctueren. Rederijen proberen verliezen door koerswisselingen uiteraard zo veel mogelijk te voorkomen. Daarom wordt deze toeslag opgeteld bij de basisvrachtkosten.

8. CMR

CMR is de afkorting van een Franse term, namelijk Convention Relative au Contrat de Transport International de Marchandises par Route. Deze term wordt uitsluitend gebruikt bij transporten over de weg tussen diverse landen, dus bij grensoverschrijdend wegvervoer.

9. Consolidatie

Consolidatie geeft aan dat meerdere zendingen bij elkaar worden gepakt om er een enkele lading van te maken. Soms is een enkele lading niet voldoende om een hele trailer of container te vullen. Om efficiënter te werken, en kosten te besparen, kan daarom worden besloten om meerdere zendingen samen te voegen voor het volledig vullen van de trailer of container. Dit noemen we consolidatie.

10. Consignee

Op transportdocumenten wordt altijd de consignee benoemd, maar dit kan gebeuren onder meerdere termen. Zo wordt ook wel de term ‘belanghebbende’ gebruikt en in bepaalde gevallen zien we dat er wordt gekozen voor de term ‘koper’. In alle gevallen wordt hiermee de ontvanger bedoeld. De term consignee zien we vooral bij internationaal transport.

11. Cross dock

Wanneer u de term cross dock tegenkomt, dan geeft dit aan dat er sprake is van overslag. Dit betekent dat er geen goederen worden opgeslagen, waardoor er zowel geld als tijd kan worden bespaard.

12. Demurrage

Het komt voor dat een container langer op de terminal aanwezig is dan de bedoeling was. Vanzelfsprekend neemt de container dan langer ruimte in dan noodzakelijk, en hier zijn kosten aan verbonden. Het gaat dan dus eigenlijk om opslagkosten voor het ‘opslaan’ van de container op de terminal. Deze kosten worden aangeduid als demurrage.

13. Code 95

Chauffeurs zijn veel onderweg en zijn verantwoordelijk voor hun rijgedrag op zo’n grote vrachtwagen. Hiervoor is Code 95, in de code 95 zijn chauffeurs verplicht om regelmatig de kennis van het transport op te frissen en daarmee aan te kunnen tonen dat zij vakbekwaam zijn.

14. Expediteur

In de wereld van transport krijgen vrijwel alle partijen te maken met een expediteur. Dit is namelijk dé schakel tussen exporteurs en importeurs, maar ook tussen alle andere partijen die daar bij de verzorging van de logistiek eventueel nog bij komen kijken.

15. FCL / FTL

FCL is de afkorting van Full Container Load, wat betekent dat de container volledig gevuld kan worden met de goederen die vervoerd worden. Eenzelfde afkorting is FTL, Full Trailer Load, waarmee wordt aangegeven dat een hele trainer met de goederen kan worden gevuld.

Staat voor Full Container Load en is inderdaad zo rechtlijnig als de term suggereert: het betekent dat je genoeg goederen hebt om een complete container te vullen.

16. Geconditioneerd vervoer

Niet alle ladingen kunnen worden vervoerd onder standaard condities. In bepaalde gevallen zijn speciale condities vereist, zoals bij het vervoeren van verse voedingsmiddelen en bloemen. Dit vervoer onder speciale condities noemen we ook wel geconditioneerd vervoer of geconditioneerd transport.

17. Intermodaal goederenvervoer

Intermodaal vervoer is vervoer middels meerdere vervoersmiddelen. Het kan zijn dat een lading eerst per vrachtwagen naar een haven moet worden vervoerd, waarna het vervoerd wordt naar een andere haven, en van daaruit weer met een vrachtwagen naar de plaats van bestemming gaat. Dit is uiteraard een voorbeeld. Wanneer meerdere vervoersmiddelen worden ingezet voor het vervoer van een bepaalde lading, dan moeten we dit intermodaal goederenvervoer.

18. LCL / LTL

LCL is de afkorting van Less than Container Load en geeft aan dat de container niet volledig kan worden gevuld met de betreffende zending. LTL staat voor Less that Truck Load of Less than Trailer Load. Dit is dus eigenlijk hetzelfde, maar dan een term die voor het vervoer over de weg wordt toegepast.

19. Verlader

Op veel transportdocumenten zien we de term verlader voorbij komen, maar in plaats hiervan kan ook worden gekozen voor termen zoals shipper, verkoper of verzender. In deze gevallen wordt altijd de partij bedoeld die de zending laat transporteren door een vervoerder.

20. Track & Trace

Vaak wordt de term track & trace gebruikt in de logistiek. Dit betekent dat betrokken partijen de zending kunnen volgen. Dit kan op verschillende manieren, de gemeenschappelijke factor in alle manieren is dat zowel verlader als ontvanger op de hoogte zijn van de status van de zending.

Wij maken transport helder voor u

In elke branche wordt gebruik gemaakt van vakjargon, en dat is niet voor iedereen even begrijpelijk. Wij maken transport helder voor u en zorgen ervoor dat uw transport goed geregeld is. Heeft u toch nog vragen over onze dienstverlening, of wilt u meer informatie en advies? Dan kunt u natuurlijk altijd contact met ons opnemen.